“De taak van het autonome zenuwstelsel is om ervoor te zorgen dat we overleven op momenten van gevaar en opbloeien in tijden van veiligheid. Om te kunnen overleven, moeten we bedreigingen kunnen herkennen en moet er een overlevingsrespons worden geactiveerd. Voor opbloeien is precies het tegenovergestelde nodig, zodat sociale betrokkenheid mogelijk wordt. ~ Deb Dana
“Poly betekent veel en vagaal betekent zenuw. De polyvagaaltheorie gaat vooral over de werking van het autonome zenuwstelsel en de nervus vagus. Het autonome zenuwstelsel is ons persoonlijk beveiligingssysteem, altijd wakend om de vraag te kunnen beantwoorden: “is het veilig?” Het heeft tot doel om ons te beschermen door aan te voelen of we veilig zijn of in gevaar verkeren , van moment tot moment te luisteren wat er gaande is in en rondom ons lichaam en in de relaties die we hebben met anderen. Dat luisteren speelt zich af op een niveau diep onder dan van ons bewustzijn en ver buiten het bereik van onze bewuste controle.” ~ Deb Dana
Je kunt het autonome zenuwstelsel opdelen in het sympathische en parasympatische deel.
Sympathische zenuwstelsel
Het sympathische zenuwstelsel stuurt impulsen vanuit het ruggenmerg naar onze organen en bereidt ons zo voor op actie. Dit deel reageert op signalen van gevaar en triggert de afgifte van adrenaline, de stof die de vecht- of vluchtrespons aanwakkert.
Parasympathisch zenuwstelsel
Het parasympathische zenuwstelsel bestaat uit twee banen die door zenuw lopen die de nervus vagus heet. Vanaf de hersenstam aan de onderkant van de schedel loopt de nervus vagus twee kanten op; naar beneden door de longen, het hart, middenrif en de maag en naar boven om verbinding te maken met de zenuwen in de hals, keel, ogen en oren. De nervus vagus bestaat uit twee zenuwbanen:
Ventrale baan
Reageert op signalen van veiligheid en stimuleert gevoelens van veiligheid en sociale verbondenheid.
Dorsale vagale baan
Reageert op signalen van extreem gevaar. Deze baan zorgt dat we het contact met anderen verliezen, verlaagt ons bewustzijn en beschermt ons door te immobiliseren. Op momenten dat we ons verstijfd, gevoelloos of afwezig voelen, heeft de dorsale vagus de controle overgenomen.
Eén van de pijlers van de Polyvagaaltheorie is de hiërarchie van het autonome zenuwstelsel. Als reactie op signalen uit de omgeving, zijn 3 opeenvolgende stadia mogelijk:
- Het is veilig. Het ventrale parasympatische deel van het zenuwstelsel neemt de regie over; we zijn ontspannen en kunnen sociaal contact en verbinding aangaan.
- Er dreigt gevaar. Het sympathische deel van het zenuwstelsel neemt de regie over. Dit kennen we van het ‘fight/flight/freeze' mechanisme waarbij er heel veel spanning in het lichaam komt om weerstand te kunnen bieden aan gevaar en jezelf te mobiliseren tot vechten of vluchten.
- Het is levensbedreigend. Het dorsaal parasympatische deel van het zenuwstelsel treedt in werking; we haken af, worden immobiel, dissociëren.
Neuroceptie
De polyvagaaltheorie maakt een belangrijk onderscheid tussen: perceptie (zintuiglijke waarneming), waarbij sprake is van een zekere mate van bewustzijn en neuroceptie, die reflexief is en waarbij signalen triggers zijn voor veranderingen in de autonome toestand zonder dat we ons bewust zijn van de invloed van die signalen. Neuroceptie leidt tot onderbuikgevoelens en gevoelens recht uit je hart, de impliciete gevoelens die ons in beweging zetten. Je zou neuroceptie kunnen beschouwen als lichamelijke signalen die besluitvorming en gedragsmatige reacties beïnvloeden zonder dat wij ons expliciet bewust zijn van de signalen die de aanleiding waren tot die beslissingen en gedragingen.
Co-regulatie
Het proces waarbij twee of meer mensen hun acties continu aan elkaar aanpassen en op elkaar afstemmen, noemen we co-regulatie. Emoties en gedragingen krijgen vorm en worden bijgestuurd in onderling contact. Co-regulatie betekent ook dat afstemming met iemand die zich in de ventrale staat bevindt, het zenuwstelsel van de ander dusdanig beïnvloedt dat er ontspanning komt om enge of nieuwe situaties aan te durven. Co-regulerende relaties met anderen leiden tot een gevoel van saamhorigheid, verbondenheid en gehechtheid. Een herkenbaar voorbeeld is een kind dat het spannend vindt om van een glijbaan af te gaan. Als een volwassene rustig is in zijn of haar zenuwstelsel (dus in de ventrale staat is), kan deze volwassene het kind serieus nemen en steunen. Het kind kan leunen en dus co-reguleren met deze volwassene, waardoor het een manier gaat vinden om van de glijbaan te gaan en er van te kunnen genieten.
Bron: Boek van Deb Dana: de polyvagaal theorie in therapie
Meer informatie
U kunt meer lezen in een artikel van onze beroepsverenging, vanaf p37. Er is ook een verhelderend filmpje over de polyvagaal theorie
Bij Koeching
Bij Koeching volgen we opleiding en verdiepen we ons in deze manier van werken. De oefeningen die ingezet kunnen worden om ons zenuwstelsel tot rust te krijgen, proberen we uit tussen de dieren om zo tot een geïntegreerde manier van werken te komen.